Ongeziene taferelen in het Stade de France: wanneer de EK-finale zondagavond begint zijn er niet alleen duizenden toeschouwers, maar ook duizenden nachtvlinders aanwezig in de voetbaltempel. Scheidsrechtersbaas Collina slaat de motten van zich af en wanneer Ronaldo geblesseerd op de grasmat zit, landt er zelfs ééntje op zijn voorhoofd. Wat voor beestjes zijn dit, vanwaar komen ze en wat drijft hen?
Slechts één soort is verantwoordelijk voor dit merkwaardige schouwspel op en naast het veld: de Gamma-uil. Dat is een zeer algemene trekvlinder. Net als andere trekvlinders plant deze soort zich in het winterhalfjaar voort in de mediterrane regio, met name Noord-Afrika en het Midden-Oosten. Gamma-uilen die daar in het voorjaar of in de vroege zomer geboren worden, trekken richting West-Europa. Probleemloos leggen ze op enkele weken duizenden kilometers af. Eens aangekomen in West-Europa zetten ze hier eitjes af en sterven ze. Hun nakomelingen vliegen in het najaar dan weer zuidwaarts.
De gamma-uil dankt zijn naam aan een zilverwitte tekening op de donkerbruine voorvleugel. (foto: Leo Janssen)
Dit soort volksverhuizing is een opmerkelijk natuurfenomeen. In Groot-Brittannië werd op basis van radarwaarnemingen berekend dat in een gemiddeld jaar 340 miljoen Gamma-uilen in het land arriveren. Voor elk exemplaar dat aankomt, verlaten er in de herfst drie het Verenigd Koninkrijk. De trekbeweging verloopt echter niet gelijkmatig over een periode van enkele maanden. In het voorjaar bepalen de omstandigheden in Zuid-Europa en Noord-Afrika of het een geslaagd voortplantingsjaar is voor de Gamma-uil. Als het een goed jaar is, en het weer helemaal meezit, kunnen er op korte tijd vele duizenden tegelijk arriveren. Het weer en vooral de dominante winden zijn daarbij bepalend. Klaarblijkelijk is er dit weekend net zo’n massa-immigratie van Gamma-uilen aan de gang.
Dat er plots zo’n enorme aantallen in het stadion vertoeven heeft wellicht te maken met de enorm sterke verlichting van zo’n stadion. Die bleek al op zaterdagavond aangestoken te zijn en onophoudelijk gebrand te hebben: dat was op een zwoele nacht als die van zaterdag op zondag duidelijk geen slimme zet. Bovendien steekt stadionverlichting hoog boven huizen uit: Gamma-uilen trekken op grotere hoogte en worden dus sneller aangetrokken door lampen die hoog gemonteerd staan.
Waarom nachtvlinders precies op licht afkomen, is nog niet helemaal duidelijk. Wellicht heeft te maken met de bouw van hun bolle facetoog. Volgens Japans onderzoek hebben nachtvlinders last van een soort gezichtsbedrog en zien ze naast een felle lichtbron een ‘donker gat’ dat hen aantrekt. Dat gat lijkt een soort fata morgana waar ze blijven achteraan vliegen, rondom lampen.
Tijdens Het Grote Vlinderweekend in 2013, deed zich ook een invasie voor van de Gamma-uil. De soort werd dat jaar de meest getelde vlinder. Dit jaar vindt het telweekend plaats op 6 en 7 augustus en blijft het spannend afwachten of we opnieuw met een trekvlinderinvasie te maken zullen krijgen.
Gamma-uilen zijn trouwens niet de enige trekvlinders die invasief kunnen optreden. Een bekende dagvlinder is de Distelvlinder. In sommige jaren is die laatste nagenoeg afwezig, in andere wordt ons land zowat overspoeld door de soort (met als topjaar 2009, met ongeziene aantallen tot in IJsland). Recent was er nog een distelvlinderinvasie in onze contreien.
Volgens Schots onderzoek blijken trekvlinderinvasies erg belangrijk voor het broedsucces van akkervogels. In het invasiejaar 2009 stelden onderzoekers vast dat Grauwe gors, Ringmus en Geelgors een boost kregen doordat ze hun kroost massaal voedden met rupsen van de Gamma-uil en Distelvlinder. Een grote afhankelijkheid van die trekvlinderrupsen impliceert wel dat het broedsucces sterk kan verschillen van jaar tot jaar, omdat net die trekvlindersoorten in sommige jaren erg schaars kunnen zijn.
Tekst: Wim Veraghtert, Natuurpunt Studie
Foto: Leo Janssen
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief